Auteur : Andrea Camilleri
Oorspronkelijke titel : La luna di carta
Eerste uitgave : 2005
Oorspronkelijke titel : La luna di carta
Eerste uitgave : 2005
Commissaris Montalbano wordt oud, minstens hij denkt dat hij oud wordt. Hij zet nu 's morgens zijn wekker, om in de sluimerperiode tussen ontwaken en opstaan, niet meer te hoeven nadenken over Alzheimer of over de dood en warempel wordt hij ook vriendelijker. Catarella geraakt zelf volledig over zijn toeren als hij een bedankje krijgt.
Michela Pardo komt op het commissariaat om een onrustwekkend verdwijning te melden van haar broer, een medisch afgevaardigde. Hij heeft sedert twee dagen niets meer van hem laten horen en dat is absoluut abnormaal. Salvo Montalbano beslist om nog een dag af te wachten en dan de dame te vergezellen naar het appartement van haar broer. Angelo Pardo zit in een fauteuil op zijn dakterras, met zijn broek open, zijn lul hangt uit de gulp. Dood, door zijn linkeroog geschoten. Minst een compromitterende houding.
Angelo's zuster is ontroostbaar en zij doet ook alle moeite om de verdenking op de vrouw Elena Sclafani met wie hij een verhouding had te laten vallen en Paola Torrisi een vroegere vriendin, bij wie hij een kind zou verwekt hebben. Elena werd overstelpt met dure geschenken en dat is onverklaarbaar voor Michela.
Ondertussen onderzoekt Mimi Augello een drugszaak. Catarella probeert zijn duivelskunsten op een laptop van Angelo Pardo.
Het verleden van Pardo wordt minutieus weder samengesteld (hij was een uit het medisch register geschrapte arts, gokverslaafde en handelaar in cocaïne) en algauw wordt Elena niet meer de hoofdverdachte. Maar hier raken ook de onderzoeken van Montalbano en Augello. Want enkele hooggeplaatste Sicilianen lieten het leven door gebruik van versneden cocaïne. En misschien was dit voldoende reden voor anderen (de maffia, politieke tegenstanders, eremoord, ...) om Angelo om te brengen.
Het boek is wat mij betreft een juweel en Italiaanse toestanden worden op ironische wijze te kijk gezet (corruptie in de politiek en het functioneren van politiecommandanten) maar het ontbreekt ook niet aan een flinke dosis zelfspot. Montalbano leeft met de schrik van de vergeetachtigheid. Hij gaat deze te lijf met een brief aan zichzelf met de feiten uit het onderzoek. De aanhef luidt: "Beste commissaris Montalbano, mij is bekend dat u zich ongelooflijk kloterig voelt door strikt persoonlijke omstandigheden die te wijten zijn aan het idee dat uw oude dag koppig bij u aan komt kloppen." De achtergrondfiguren zijn kleurrijk, voornamelijk de figuur van Catarella, vele Italiaanse delicatessen en een knap uitgewerkt ingewikkeld plot. Een reden om dit boek ter hand te nemen was de 4 bijkomende verfilmingen door RAI van de laatste verhalen en dit als vervolg op de eerste 12 die ik reeds in mijn DVD verzameling heb en waarvan ik alle boeken heb gelezen in het Nederlands en een groot deel ook in het Italiaans.
Leo
Reacties
Een reactie posten