Doorgaan naar hoofdcontent

Colonia Ulpia Traiana

In 13/12 v.Chr. bouwt de Romeinse veldheer Nero Claudius Drusus de legerplaats Castra Vetera. Deze plaats bevindt zich aan de monding van de Lippe met de Rijn op de Fürstenberg. Dit fort diende als uitvalsbasis voor een veldtocht op de rechter Rijnoever in 8 v.Chr. die leidde tot de onderwerping van de Germaanse stam van de Sugambren. Zij werden gedwongen naar de linker Rijnoever te verhuizen en werden in het vervolg aangeduid als Ciberni, Cuberni of Cugerni.

De nederzetting krijgt nadien de naam Cibernodorum en heeft dezelfde status als het noordelijke gelegen Batavodurum (Nijmegen), woonplaats van de Bataven.

De nabijheid van een Romeins legioen in Castra Vetera en de ligging aan een zijarm van de Rijn zorgden ervoor dat de plaats zich in enkele jaren ontwikkelde tot een welvarende handelsnederzetting. Tijdens de Bataafse Opstand (69/70) deelde de plaats echter het lot van Castra Vetera en werd zij platgebrand.

Grondplan
In 71 werden zowel het fort en Cibernodorum als handelsplaats opnieuw opgericht en rond het jaar 100 kreeg de grensstad de status van "colonia" (dus met stadsrechten) en werd zij hernoemd in Colonia Ulpia Traiana naar keizer Traianus. Dit leidde tot een vrijwel volledige nieuwbouw van de nederzetting. 

Zij kreeg het uiterlijk van een Romeinse stad met een regelmatig stratenplan met een cardo van noord naar zuid en een decumanus van oost naar west, met de nodige tempels, een forum (marktplaats), amfitheater, volledig omwald en voorzien van verdedigingstorens. Tevens werd zij voorzien van waterleiding en riolering. Het bouwmateriaal voor de stad werd gedolven in steengroeven in het Zevengebergte en de Eifel en vervolgens met vrachtschepen getransporteerd.

Grote haventempel
De stad werd door rechthoekig kruisende straten in een patroon van insulae (12m bij 44m) verdeeld. In het centrum van de stad waren het forum dat één insula in beslag nam en de tempel van Jupiter die eveneens één insula vulde. Dezelfde omvang hadden de ten noorden hiervan gelegen thermen. Andere belangrijke openbare gebouwen waren in het zuidoosten gelegen amfitheater en een grote tempel aan de haven aan de oostzijde van de stad. Ook is nog een klein heiligdom gevonden dat aan de Matronen (moedergodinnen) gewijd was.

In de huizen zijn veel wandschilderingen gevonden, terwijl losse steentjes wijzen op de aanwezigheid van mozaïeken, die echter nog niet zijn gevonden. Ook zijn er nog geen woningen aangetroffen met een atrium of een peristylium. De rijkste inwoners van Colonia Ulpia Traiana waren beduidend minder welvarend dan die van Colonia Claudia Ara Agrippinensium (Keulen) wat zich ook uitte in een meer bescheiden architectuur van de woningen.

Amfitheater
Hiermee behoorde de stad tot de circa 150 steden in het Romeinse Rijk die dit hoogste stadsrecht bezaten en die als "navolgingen van Rome" golden. Met een oppervlakte van 73 hectare was Colonia Ulpia Traiana na Colonia Claudia Ara Agrippinensium (Keulen) en Augusta Treverorum (Trier) de op twee na grootste Romeinse stad ten noorden van de Alpen en een van de belangrijkste steden van de provincie Germania Inferior. De stad was het centrum voor een groot gebied en de openbare gebouwen tonen zowel de hoge status van de stad als haar gerichtheid op de Romeinse cultuur. Op dit terrein van de stad is het Archeologisch Park Xanten gevestigd.

Binnen de muren van de stad woonden en werkten circa 10.000 mensen, voornamelijk geromaniseerde Germanen en Galliërs. Een groot deel hiervan werd gegeven aan veteranen van het Romeinse leger uit onder andere Castra Vetera. Het bestuur lag in handen van de elite die, indien niet direct uit Italië, uit reeds eerder geromaniseerde gebiedsdelen van het Romeinse Rijk kwam.

Na aanvankelijke bloei kreeg de stad steeds meer problemen omdat de Rijnarm waaraan zij lag verlandde en de haven onbruikbaar werd. In 259 staken Franken de Rijn over en probeerden de stad te veroveren, maar slaagden daar niet in. Een tweede aanval in 276 kon echter niet afgeslagen worden en de stad werd geplunderd en vernield.

Tussen 306 en 311 liet keizer Constantijn de Grote een zwaar versterkte stad met de naam Tricensimae bouwen binnen het gebied van de vroegere Colonia. Dit was toen het belangrijkste Romeinse vestingwerk aan de Nederrijn en nam de functie over van het vroegere Castra Vetera.

De vesting werd in 351 veroverd door de Franken en vervolgens in 359 heroverd door de Romeinen. Bij de verovering en herovering waren de muren zo vernietigd dat deze niet meer werden herbouwd. De stad bleef in handen van de Romeinen tot ongeveer 400 toen ze zich moesten terugtrekken uit Neder-Germanië.

De tot ruïne geworden stad werd tot ver in de Middeleeuwen gebruikt als bron voor stenen en metalen voorwerpen. Op de begraafplaats ten zuidoosten van de Colonia ontstond rond het graf van de christelijke martelaar en heilige Victor de stad Xanten (naamafgeleid van "ad Sanctos" wat zoveel betekend als "naar de heiligen"). Na de Middeleeuwen bleef het gebied van de Colonia onbebouwd wat grootschalig archeologisch onderzoek mogelijk maakte. Het terrein is nu het Archeologisch Park Xanten (APX), dat voor een kleine 20% werd opgegraven en waarin reconstructies van verschillende gebouwen staan.

Het Römer Museum
Het nieuwe Landschafts Verband Rheinland (LVR) – Römer Museum in het APX is een unieke combinatie van archeologische overkapping en moderne museumarchitectuur.

De Romeinse bouwmeesters schiepen monumentale bouwwerken. De unieke architectuur van het LVR-Römer Museum geeft uitdrukking aan de imposante grootsheid. Zowel van binnen als van buiten geeft de architectuur de dimensies weer van de Romeinse Basilica Thermarum, de ingangshal van het Romeinse badhuis. Dit was de grootste ruimte van de thermen en tegelijkertijd het grootste gebouw van de gehele Colonia. De hal stond op een oppervlak van ruim 70 x 22 meter en was ca. 25 meter hoog.

De termen
Tegenwoordig rusten 14 staalconstructies van elk 35 ton op de Romeinse fundering. Deze staalconstructies dragen het hele museumgebouw. De gevel bestaat uit vertikale panelen en ramen die voor een aangename en bijzondere lichtinval zorgen en een fraai uitzicht bieden op het landschap van de Niederrhein. Met deze gevel en zijn rode zadeldak past het museum perfect bij de architectuur van de overkapping van de thermen.

Het gebouw heeft net als zijn oude voorganger geen normale verdiepingen maar is in feite één enorm hoge binnenruimte. De expositie begint op de begane grond en wordt dan met behulp van een systeem van platformen en niveaus in de vrije ruimte voortgezet. De kelder biedt een blik op de Romeinse fundering die over een lengte van 70 meter vijf meter hoog is.

Het gebouw richt zich naar de standaards van het LVR voor ecologisch bouwen. 36 aardsonden en twee warmtepompen met warmtewisselaar zorgen op een milieuvriendelijke manier voor koeling in de zomer en warmte in de winter.

De expositie is chronologisch van opzet en bestrijkt de 400 jaren geschiedenis van de Colonia. De expositie is als een modern geënsceneerde rondgang door de lange en afwisselende Romeinse geschiedenis van Xanten. Museumstukken die men mag aanraken en uitproberen, mediastations, hoorspelen en een groot aanbod voor kinderen bieden jong en oud een kijkje in het Romeinse leven.

De expositie begint al voor het museum met een opeenstapeling van grote brokken Romeinse zandsteen. De duizenden kilo's zware brokstukken geven aan wat voor een ongelooflijke massa stenen de Romeinen naar de Niederrhein hebben getransporteerd.


Het museum
Na het voorportaal komt men in de grote basilica. In de foyer treft men een bodemlaag aan van bijna 30 vierkante meter met oude sporen van voeten, dierenpoten en karren onder glas. Deze bodemlaag geeft het motto weer van het RömerMuseum: mensen en hun sporen in de geschiedenis

Het begin van de rondgang schetst een beeld van de situatie in de tijd dat het Romeinse leger naar de Rijn trok. Een zogenaamd woonstalhuis staat daarbij centraal. Daarnaast biedt een attractief panorama uitzicht over het oorspronkelijke landschap van de toenmalige Niederrhein.

Via een kabinet dat de intocht van de legioenen toont, komt men in het achterste gedeelte van de begane grond. Een „marscolonne" van legionairshelmen staat hier symbool voor de tienduizend soldaten wiens stationering een ontzettend ingrijpende gebeurtenis was voor het gebied rondom Xanten. De expositie vertelt waar deze soldaten vandaan kwamen, hoe de kampementen van de legioenen ontstonden en wat het betekende om een „Romein" te zijn aan de rand van het imperium.

Aansluitend aan het achterste gedeelte worden op een hellend platform de gebeurtenissen getoond na de zelfmoord van keizer Nero, die leidde tot de verwoesting van het legioenenkampement en de burgerlijke nederzetting. Tegelijkertijd leidt het platform u door een belangrijke verzameling wapens en uitrustingen van het Romeinse leger met geschut uit de klassieke oudheid, dat als beste bewaard gebleven is.

De Romeinse taberna, annex kruidentuin
Het begint met het eigenlijke centrale gedeelte van de expositie: de geschiedenis van de Romeinse stad. Men ontdekt wat het voor de nederzetting betekende dat ze een Colonia werd en wat voor een ongelooflijke inspanning nodig was voor de aanleg van de grote bouwwerken. Naast een acht meter lange en vier meter hoge muurschildering toont de rondgang ontelbare andere vondsten uit de Colonia die nog nooit eerder in Xanten konden worden getoond. Daarbij gaat het om het huiselijke leven, het handwerk, de ambachtelijke werkzaamheden en de economische betekenis van de stad. Een ander archeologisch highlight is het Romeinse schip dat zwevend in de ruimte tussen twee niveaus in geankerd is.

De expositie dringt nog dieper door in het leven van de mensen. In een forum schetsen grafstenen en gewijde stenen uit verschillende Europese landen met moderne ensceneringen een beeld van alle afzonderlijke levensverhalen. Ze vertellen op een onderhoudende manier over culturele wortels, familieverhoudingen, militaire carrières, burgerlijke beroepen en religies in de Colonia Ulpia Traiana.

De route gaat via een platform verder naar een kabinet, waarin de verwoesting van de stad en de wederopbouw in de late oudheid is gedocumenteerd.

Het laatste grote expositieniveau vertelt over de geschiedenis na de Romeinen. De Frankische begraafplaats onder de dom, waaraan het middeleeuwse Xanten zijn ontstaan heeft te danken, staat hierbij centraal. Vier Frankische graven vertellen over de Germaanse cultuur, de Romeinse tradities en andere contacten met het gebied rondom de Middellandse Zee.

De spellenzaal
Bij het vertrek uit het RömerMuseum moeten de bezoekers het gevoel hebben, dat onze kennis met betrekking tot het verleden vaak beperkt is. Groot en klein kunnen zich laten verrassen in deze interactieve tentoonstelling. Voor 9 Euro per persoon heeft u toegang tot het archeologisch park en het Römermuseum en voor 2 Euro wordt u ook nog in het museum audio gegidst.

Voor de kinderen een prachtige speeltuin (een Romeins mini castrum) en een speelzaal met Romeinse gezelsschapsspelen. Het park heeft ook een Romeinse Taberna, maar hier hoef je je echt niets bij voor te stellen tenzij dat je bratwurst mit pommes nu echt beschouwd als Romeinse kost.

Xanten ligt op zo'n 200 km van Leuven en is bereikbaar via da A2 naar Maastricht, richting Venlo. Vandaar rechtstreeks naar Xanten.

En vergeet niet op 14 en 15/06/2014, Romeinse feesten in Xanten. Blijkbaar moet dit spectaculair zijn. Een daguitstap voor SPQR?

Leo.

Reacties

Populaire posts van deze blog

De ontvoering van Proserpina.

Enkel voor dit beeld van Gian Lorenzo Bernini (1598-1680) zou ik naar Rome gaan. Iedereen heeft wel zo'n beeldhouwwerk welk hij graag op zijn kast zou hebben of in zijn living staan. Sommigen zullen kiezen voor de David, Mozes of de Pietà (Michelangelo), anderen voor werk van Rodin of Meunier, enkelingen houden het bij Begga D'Haese. Ik dus niet. Proserpina is de Romeinse Persephone. Ik kan er uren naar kijken, de gaafheid van de sculptuur, de kleur van het marmer, de vingerafdrukken van de ontvoerder in de dijen van het ontvoerde meisje (ja, meisje, eerder een jonge dame naar de vormen te oordelen), de radeloosheid in de blik van Proserpina. Maak van een volgend bezoek aan Rome zeker eens het voornemen om Proserpina met een bezoek te vereren in de Galleria Borghese, waar nog veel anders schoons staat. En niet vergeten om je tickets op voorhand online te bestellen of je komt er niet in ! Persephone (Grieks: Περσεφονεια, Persefoneia) is in de Griekse mythologie

Tijdsmeting en kalender

De laatste tijd had ik het gevoel dat ik meer wou weten over tijdsmeting in de Oudheid, en voornamelijk in het Oude Rome. Men viert op 21 april, niet zo maar niets voor niets dit jaar de 2762e verjaardag van Rome en SPQR nodigde die dag in het Klein Begijnhof te Leuven dan ook zijn leden uit om getuige te zijn van de jaarlijkse Romulus prijs, welke dit jaar te beurt viel aan Guido Cuyt (voor zijn jarenlange inzet als voorzitter van de AVRA, de Antwerpse Vereniging voor Romeinse Archeologie) en een stevige drink en hapjes. Ik had dit gevoel ook enkele dagen voordien in het Museo Nazionale Romano (Palazzo Massimo alle Terme) bij een Fasti (vorm van kalender), en herinnerde mij toen ook de reeks ROME, een BBC reeks die ook op Canvas was te zien, waar de lezer van de “acta diurna” (oorsprong van het woord journaal of dagelijkse berichten) voor een kalender stond, gelijkaardig aan deze in het Palazzo Massimo alle Terme. Dus historici en classici, nu de moment om te reageren op deze post. D