Dit
is het tweede deel van een episch verhaal over de grootste Romein
aller tijden. De serie behoort tot de historische fictie en vertelt
het levensverhaal van Julius Caesar in dit deel zijn van de leeftijd
van 18 (82 BC) tot de leeftijd van 30 (71 BC).
Het
vorige verhaal eindigt bij de machtsgreep van Sulla. Wij schrijven 82
BC. Dit boek behandelt de periode tussen 82 BC en 71 BC, bij het
neerslaan van de slavenopstand van Spartacus en de verwijdering van
Caesar naar Spanje door Pompeius.
Het
is een feit dat Julius Caesar als jongeman in handen van piraten viel
en er voor hem een smak losgeld diende betaald te worden. Hoe sterk Rome op
het land was, des te zwakker waren zij op zee. Hun galeien waren
veel te log om met de piraten te kunnen wedijveren. Bovendien konden
zij de tactiek van hun legioenen moeilijk uitvoeren op het dek van
een schip en waren zij dus op zee zeer kwetsbaar, voornamelijk omdat
zij een deel van hun bevoorrading hoofdzakelijk via de zee dienden te
halen uit de graanschuren in Egypte, Sardinië en Spanje.
Na
het betalen van het losgeld, zwoer Caesar dat hij de piraten zou
opjagen en laten kruisigen. Na zijn bevrijding, trekt hij zowat van handelspost naar handelspost, om een
legioen bij elkaar te sprokkelen. Hij slaagt
er in alle geval soldaten bij elkaar te krijgen, zonen van op rust
gestelde legionairs. Enkel zo meent de auteur te verklaren hoe hij
aan een schip kwam om de Middellandse zee af te zoeken naar de
piraten, hen op te sporen en zijn gruwelijke gelofte uit te voeren.
Bij
zijn landing in Griekenland ontdekt hij dat Mithridates VI van Pontus (ook genoemd Mithridates de Grote) weer eens in opstand komt tegen Rome en een leger verzameld. Iulius Caesar slaagt er in een
hele Romeinse landstreek in Griekenland en Klein Azië bij een te
houden terwijl de Senaat bleef weifelen om legioenen te sturen.
Hierdoor krijgt Iulius de rang van tribuun, en dus het recht om een
leger op de been te brengen, een rang die hij nog steeds bekleedde op
het ogenblik dat de slavenopstand van Spartacus begon. Hij laat
samen met Brutus het opgeven legioen van zijn oom Marius op de senaatsrol activeren.
En
dan trekt hij met Gnaius Pompeius en Crassus op om de Derde
Slavenoorlog te gaan uitvechten. Deze veldslag wordt geleverd In de
streek van de actuele Marken bij Picenum (Ascoli Piceno). Het
slavenleger wordt gedeeltelijk verslagen en de overwonnenen worden
ofwel gekruisigd langs de Via Appia en een deel kan vluchten richting
Brindisium (Brindisi). Een deel van het slavenleger passeert langs
Rome en vermoord er de echtgenote van Julius Caesar.
Pompeius en
Crassus worden zich bewust van de macht en kracht die uitgaat vanuit
Iulius Caesar. Zij bevorderen hem tot legioenoverste over
de legioenen in Hispania Citerior (dit stemt zowat overeen met het Iberische schiereiland zonder Portugal en het zuiden van Spanje). Zo denken zij de macht in Rome te behouden.
De
auteur kleedt historische gegevens zeer royaal aan vanuit zijn eigen
fantasie en hij raakt zo op anachronistische paden. Dat bevordert
evenwel de verhaallijn. Veldslagen worden herhaaldelijk beschreven en
er wordt er niet zuinig omgesprongen met bloed en gruwelijkheden: het
waren bepaald ruige tijden.
Zoals
reeds gesteld in de bespreking van het eerste deel is historische
fictie geen geschiedschrijving. Enkele voorbeelden uit dit boek :
- Er is nergens bewijs geweest dat Iulius Caesar ooit betrokken was in de slavenopstand tegen Spartacus.
- Sulla overlijdt in 78 BC, uit het boek moet blijken dat hij zou zijn vermoord en dat is geenszins op feiten gebaseerd.
- Octavianus, de latere keizer Augustus, wordt als een neef van Julius ten tonele gevoerd waar hij echter een achterneef was of hoe noem je de zoon van een nicht, maar Octavianus werd slechts geboren in 63 BC en dus buiten het tijdsbestek van dit boek.
- Cato de Jongere (Marcus Porcius Cato Uticensis minor) slaat in dit boek de hand aan zichzelf. Dat hij dit deed is geschiedkundig juist, maar het gebeurde in werkelijkheid in 46 BC.
- Na zijn vlucht voor Sulla diende de negentienjarige Caesar eerst als officier in de staf van Marcus Minucius Thermus in de provincie Asia. Bij de belegering van de stad Mytilini op Lesbos in 80 BC. verdiende hij de corona civica ("burgerkroon"), voor zijn moed in de strijd en het redden van een medeburger. Het is slechts na zijn missie in Klein Azië in 75 BC dat Caesar tijdens een reis naar Rhodos, in de Egeïsche Zee gevangen genomen werd door Cilicische piraten (Zuidoosten van het huidige Turkije). Er werd een losprijs van 20 zilveren talenten geëist, wat Caesar eigenhandig, uit ijdelheid tot 50 talenten liet verhogen. Als je weet dat een zilveren talent als oud Griekse munt zowat 14 jaarinkomens beliep van een echt goed geschoold arbeider, dan kan je je ook inbeelden dat dit een massa geld vertegenwoordigde en deze werd inderdaad opgehoest. Na 38 dagen werd hij vrijgelaten en organiseerde hij een strafexpeditie tegen zijn kidnappers. Uiteindelijk werden de meeste van hen opgesloten in Pergamon (het huidige Bergama in Turkije een kleine 100 km te noorden van Izmir) en gekruisigd.
- Cornelia Cinna minor (94 BC.-68 BC) was de echtgenote van Gaius Iulius Caesar (sinds ongeveer 85/84 v.Chr.). Cornelia stierf echter in 68 BC bij de geboorte van hun dochter Julia.
Nu
ook is het spannend uitkijken naar het derde deel van deze epische
reeks “Het zwaard van de macht”.
Bovendien
neem ik me voor ook eens de organisatie van een legioen op te
snorren. Hoe was een legioen georganiseerd, wie leidde een legioen
en zijn diverse onderdelen, wat verdienden deze legionairs, hoe waren
zij uitgerust, hoe gingen zij ten strijde en wat maakte hun macht zo
groot? Een legioen kon nooit de stad waarvoor zij hun leven gaven,
gewapend betreden. De schrik zat er waarschijnlijk in bij de leiders
van de republiek, de senaat, dat dit tot misverstanden kon leiden en
machtsgrepen. Uiteindelijk gaat het hier om geschiedenis, en deze
herhaalt zich door alle tijden, Macht, macht en nog eens macht en het
beschermen van wat deze mensen het dierbaarst was … macht en
vermogen !
Het
Gallo-Romeins weekend in Wervik zal mij dan ook veel duidelijker
worden. Hopelijk jou als lezer ook.
Leo.
Reacties
Een reactie posten