Auteur : Jorg Kästner
Oorspronkelijke titel : Die Farbe Blau
Eerste uitgave : 2005
Zin om het eerste hoofdstuk van dit boek eens te lezen? Klik hier !
In een broeierige sfeer van samenzweringen in het Amsterdam van 1669, een geheim katholiek genootschap, gedwongen prostitutie, mysterieuze verdwijningen en een blauw schilderij dat de bezitters ervan tot dodelijke en irrationele razernij drijft, drijft dit fascinerend boek naar een werkelijke climax.
De jonge schilder Cornelis Suythof, een groot bewonderaar van de meesterschilder Rembrandt, werkt als bewaker in het rasphuis - de gevangenis van Amsterdam - omdat hij als kunstenaar nog geen droog brood kan verdienen. Dan wordt de stad opgeschrikt door een aantal raadselachtige gebeurtenissen: een gerespecteerde 'blauwverver' wordt gevangengenomen omdat hij zijn hele gezin op gruwelijke wijze heeft vermoord. En korte tijd later wordt ook Cornelis' beste vriend Ossel gevangengezet onder verdenking van moord op de vrouw met wie hij samenleeft.
Cornelis ontdekt dat op het moment van beide moorden hetzelfde schilderij in de nabijheid van de moordenaars was; een schilderij in de stijl van Rembrandt, maar met gebruik van een indringende kleur blauw die Rembrandt zelf nooit zou gebruiken. En wanneer dit 'dodelijke doek' vervolgens op mysterieuze wijze verdwijnt, besluit Cornelis in de leer te gaan bij de oude verbitterde meester omwille van het overlijden van zijn zoon Titus. Ten huize Rembrandt ontmoet hij Cornelia, de dochter van de meester uit de relatie met Hendrickje Stoffels, waarop hij sloorverliefd wordt. Cornelis ziet zich voor de schijnbaar onmogelijke taak het dodelijk raadsel op te lossen.
En … volgens de overlevering raadde Rembrandt zelf zijn toeschouwers af om té dicht in de buurt van zijn schilderijen te komen omdat dat wel eens gevaarlijk zou kunnen zijn…
Wat dan positiever is dan in veel thrillers is dat het hoofdpersonage niet op eigen houtje ageert: hij vertelt wat hij weet aan de gerechtsofficier Jeremias Katoen, die hem op elk moment terug in de gevangenis kan brengen maar als gevangene en niet als bewaarder. Als speurder vullen zij elkaar aan omdat Cornelis dingen kan doen die Katoen als politieman niet mag. Het geeft het verhaal een meerwaarde tegenover de gemiddelde hedendaagse thriller.
Oorspronkelijke titel : Die Farbe Blau
Eerste uitgave : 2005
Zin om het eerste hoofdstuk van dit boek eens te lezen? Klik hier !
In de nieuwe historische thriller van Jörg Kastner (een Duitser die een boek schrijft met een jonge Nederlandse schilder in de hoofdrol en de vermaarde Rembrandt van Rijn als een van de bijfiguren) is een mix van waarheid en fictie en dankzij een goede research werkelijk adembenemend. Ik zal nadien nogal wat werk hebben om ook hier realiteit en fictie te onderscheiden. Deze thriller was een van de boeken van het Rembrandt jaar 2006.
In een broeierige sfeer van samenzweringen in het Amsterdam van 1669, een geheim katholiek genootschap, gedwongen prostitutie, mysterieuze verdwijningen en een blauw schilderij dat de bezitters ervan tot dodelijke en irrationele razernij drijft, drijft dit fascinerend boek naar een werkelijke climax.
De jonge schilder Cornelis Suythof, een groot bewonderaar van de meesterschilder Rembrandt, werkt als bewaker in het rasphuis - de gevangenis van Amsterdam - omdat hij als kunstenaar nog geen droog brood kan verdienen. Dan wordt de stad opgeschrikt door een aantal raadselachtige gebeurtenissen: een gerespecteerde 'blauwverver' wordt gevangengenomen omdat hij zijn hele gezin op gruwelijke wijze heeft vermoord. En korte tijd later wordt ook Cornelis' beste vriend Ossel gevangengezet onder verdenking van moord op de vrouw met wie hij samenleeft.
Cornelis ontdekt dat op het moment van beide moorden hetzelfde schilderij in de nabijheid van de moordenaars was; een schilderij in de stijl van Rembrandt, maar met gebruik van een indringende kleur blauw die Rembrandt zelf nooit zou gebruiken. En wanneer dit 'dodelijke doek' vervolgens op mysterieuze wijze verdwijnt, besluit Cornelis in de leer te gaan bij de oude verbitterde meester omwille van het overlijden van zijn zoon Titus. Ten huize Rembrandt ontmoet hij Cornelia, de dochter van de meester uit de relatie met Hendrickje Stoffels, waarop hij sloorverliefd wordt. Cornelis ziet zich voor de schijnbaar onmogelijke taak het dodelijk raadsel op te lossen.
En … volgens de overlevering raadde Rembrandt zelf zijn toeschouwers af om té dicht in de buurt van zijn schilderijen te komen omdat dat wel eens gevaarlijk zou kunnen zijn…
In het boek kan je perfect de sfeer opsnuiven van het broeierige Amsterdam uit de 17de eeuw, de “Gouden Eeuw”. de stad en zijn bewoners komen helemaal tot leven. Duidelijk wordt dat handel en religie de pijlers zijn van de toenmalige maatschappij. En de schilderkunst speelt een belangrijke rol: de fotografie bestaat niet, dus als je ergens een afbeelding van wilt hebben, zal ze toch geschilderd moeten worden.
Een negatieve bijklank is de verhaallijn. Het hoofdpersonage doet zichzelf in de meest hachelijke situaties belanden en hij heeft telkens de hulp van iemand anders nodig om zich er weer uit te redden. Hierdoor boet het verhaal aan geloofwaardigheid. Het uiteindelijke plot die uit de blauwschilderijen voortspruit is echt lamentabel en daar raakte ik ruim geïrriteerd. Afgezien daarvan blijft het wel een dynamisch verhaal dat met wat inspanning vlot leest.
Wat dan positiever is dan in veel thrillers is dat het hoofdpersonage niet op eigen houtje ageert: hij vertelt wat hij weet aan de gerechtsofficier Jeremias Katoen, die hem op elk moment terug in de gevangenis kan brengen maar als gevangene en niet als bewaarder. Als speurder vullen zij elkaar aan omdat Cornelis dingen kan doen die Katoen als politieman niet mag. Het geeft het verhaal een meerwaarde tegenover de gemiddelde hedendaagse thriller.
Leo
Reacties
Een reactie posten