Auteur
: Jo Claes
Eerste
uitgave : 2009

Niet
alleen is professor Marc, ridder Waelkens zeker geen onbekende voor
de Leuvenaars, maar het feit dat hij er ook in slaagde om het
resultaat van 20 jaar opgravingswerk in Sagalassos (Turkije) naar
Romeinse overblijfselen in een prachtige tentoonstelling naar het
Gallo-Romeins museum in Tongeren te brengen onder de titel
“Sagalassos, city of dreams”, leverde hem de jaarlijkse
Romulusprijs op in 2012 die door SPQR wordt uitgereikt.
Het
verhaal start in het Turkse Sagalassos. Op die belangrijke
archeologische site leggen drie Leuvense professoren, geholpen door
de meest veelbelovende studenten, oude schatten bloot. Ook Simen
Paulus, laatstejaarsstudent archeologie in Leuven, is daar aanwezig.
Hij heeft de reputatie van een donjuan. Zijn succes bij de vrouwen is
vele mannen een doorn in het oog, maar het is pas wanneer hij op
stage vertrekt dat zijn leven op een ingrijpende manier verandert.
Daar heeft hij een vluchtige affaire met de vrouw van één van de
professoren en dat doet de sfeer ook al geen goed.
Wie
denkt dat samenwerken aan een dergelijk project vriendschapsbanden
voor het leven smeedt, komt bedrogen uit: er is veel haat en nijd
onder de academici.
Op
de site van de antieke stad worden tweeëndertig gouden munten
gevonden die na een week spoorloos verdwijnen. Nu is het hek helemaal
van de dam. Er is wel geen bewijs maar de Turkse politie beschouwt
Simen als hoofdverdachte. Hij vlucht Turkije uit en neemt een
vakantiebaantje aan in het Provinciehuis van Leuven een hoog, stenen
gebouw vlakbij het Leuvense station. De tiende verdieping van het
Provinciehuis is uitgerust met een kunstwerk, dat van ver op een
eenzaam balkon lijkt. Enkele dagen later ontdekt een fietser een
levenloos lichaam onder het balkon. Zelfmoord?
Hoofdinspecteur
Thomas Berg krijgt de opdracht uit te zoeken wat er is gebeurd.
Voortdurend op de nek gezeten door invloedrijke mensen uit de stad,
ontdekt hij dat het niet om een ongeluk gaat of om zelfmoord, maar om
moord. En die lijkt niet alleen verband te houden met de
muntendiefstal in Sagalassos, maar ook met Paulus’ onweerstaanbare
aantrekkingskracht op vrouwen.
De
verhaallijn uit het eerste boek (de zaak Torfs) loopt door in dit
tweede boek. Even voor de zaak Torfs werd Thomas Berg overgeplaatst
van het drukke Brussel naar het gezapige Leuven omwille van een
onverkwikkelijke driehoeksverhouding die een weerslag had op zijn
werk. In de zaak Torfs leert Berg een nieuwe vriendin kennen, een
jonge Francaise, Véronique uit Rijsel.
Thomas
Berg's relatie met Véronique loopt na een jaar op de klippen en
plots is Annelien er terug, de spaakgelopen relatie waarom hij naar
Leuven uitweek.
Wat
dit boek goed maakt is dat het leest als een trein en ook prachtig
zou kunnen worden verfilmd. De personnages zijn geen übermenschen.
Je bent als lezer even geboeid omdat een inspecteur zijn fiets
gestolen wordt, de hoofdcommissaris onder druk staat van het parket
en de politiek, omdat toonaangevende personaliteiten op alle manieren
druk trachten uit te oefenen, het turbulent liefdesleven van Berg.
Het lijkt niet echt, het is echt !
En
ondertussen krijgen wij op een leuke niet belerende manier weetjes
uit Leuven, dat je spectaculaire espresso zou kunnen drinken in de
Kaminsky of de Cambrinus weet ik nog zo niet, maar je weet wel dat
die cafés bestaan. Er wordt ook verwezen naar Leuvense kunstwerken.
De foto op de kaft is de “Ontvoering van Europa” een werk van Rik
Poot dat voor het provinciegebouw in Leuven staat.
![]() |
Ontvoering van Europa - Rik Poot - Leuven |
In
de Griekse mythologie was Europa een Fenicische prinses op wie
oppergod Zeus zijn wellustig oog liet vallen. Zij was de dochter van
het koningspaar Agenor en Telephassa en de zuster van Cadmus.
Volgens
de bekendste versie van het verhaal was de jonge Europa op een dag
met haar vriendinnen aan het spelen op het strand in de buurt van
Sidon toen Zeus getroffen werd door de charmes van het meisje. Om aan
het oog van zijn echtgenote Hera te ontsnappen, maar ook om het
meisje met zijn goddelijke verschijning niet af te schrikken,
veranderde Zeus zich in een witte stier. Toen Europa spelenderwijs op
de rug van het schitterende, zich vriendelijk voordoende dier was
geklommen, liep hij met haar de zee in en zwom in één stuk door
naar het eiland Kreta. Daar aangekomen vertoonde hij zich in zijn
ware gedaante en om zijn testosteron gehalte wat te kalmeren nam hij
Europa in de schaduw van een plataan. Daarna trok hij zijn broek op
en ging terug naar zijn vrouw op de Olympus.
Europa
baarde Minos en Rhadamanthys. Europa trouwde met Asterion,koning van
Kreta, die haar zonen adopteerde en opvoedde.
Zo
ben je op Kreta aanbeland, het land van de stierencultus, het
labyrinth en het verschil tussen doolhoven en labyrinthen, weet je
nog de draad van Ariadne? Ariadne was bereid Theseus te helpen op
voorwaarde dat hij, zodra hij de weg uit het labyrint had gevonden,
met haar zou trouwen en terugkeren naar Athene. Ariadne gaf Theseus
een zwaard en een kluwen wol om hem te laten ontsnappen uit het
labyrint nadat hij de Minotaurus zou hebben gedood. De wollen draad
diende hij af te wikkelen terwijl hij het labyrint inging. Theseus
doodde de Minotaurus en vond dankzij de draad van Ariadne de uitgang
terug.
De
ondankbare Theseus liet haar echter achter op Naxos na zijn terugkeer
uit Kreta.
Of
hoe je mythologie en speurderszin kan combineren.
Waar
blijven onze scenaristen om eens werk te maken van een Leuvense
krimireeks met City marketing en productpositioning “all included”?
En de files in de stad moeten zij niet regiseren, die staan er
altijd als vanzelf !
Who
did it? … lees het boek.
Leo
Reacties
Een reactie posten